Een ode aan mijn peerfiguur
Een paar jaar geleden had ik mijn opa en oma op visite voor mijn verjaardag, en natuurlijk was er taart. Als je een feestje viert hoor je in Nederland namelijk taart te kopen, of in ieder geval iets wat daarop lijkt. Zelf ben ik echter nooit een echte taartliefhebber geweest. Het is gewoon niet mijn ding. Te zacht, te zoet en ik gruwel van slagroom.
Anyway, ik zette braaf twee bordjes met taart op tafel en natuurlijk vroegen ze direct of ik zelf niks at. ‘Nee’ zei ik, ‘ik heb al teveel taart gezien de afgelopen dagen en eigenlijk probeer ik een paar kilo af te vallen.’ Oma was in alle staten. ‘Kind, dat is toch nergens voor nodig, het leven is om van te genieten! Bovendien, je ziet er goed uit!’. Maar opa, die had daar een andere kijk op.
‘Nou…’ zei hij, ‘je hebt anders een stevig onderstel hoor, flinke benen!’. Ik grijns semi-ongemakkelijk en stamel dat ik dat altijd al gehad heb. Ik heb nu eenmaal een peerfiguur. Het is even stil en ik zie mijn opa nadenken, waarna hij er met een grote grijns uitflapt:
‘Nou, peren zijn anders óók lekker!’
Dankje, opa. Dankje.
Tegenwoordig duurt het nooit lang voor ik aan mijn opa’s woorden denk als ik weer eens voor de spiegel sta en mijn bovenbenen vervloek. Ik ben verdorie een peer en dat is prima. Peren zijn namelijk óók lekker, hoewel hij er vast eenzelfde antwoord van had gemaakt als ik een appel, aardbei of van mijn part een ananas was geweest.
4 Opmerkingen
Laat onderaan een reactie achter
Wat leuk om dit te lezen. De eerste opmerking schrok ik wel even, maar hij zal het niet kwaad bedoeld hebben.
Haha, ook de eerste opmerking was met een knipoog gelukkig 😛
Wat een leuke anekdote en grappig dat je daar dus nog steeds iedere keer aan denkt, terwijl je opa de opmerking waarschijnlijk een dag later alweer vergeten was 🙂
Haha, ja dat is hij sowieso direct vergeten, maar ik denk er nog heel vaak aan terug.